1821 - Geboorte van de oprichter
Op 29 december van dat jaar werd Jean-Pierre, de zoon van het echtpaar Heintz, in Luxemburg geboren. De gelukkige gebeurtenis had niet de kans om in het „Luxemburger Wochenblatt" vermeld te worden, dat indertijd zonder concurrentie voor de ongeveer 10.000 inwoners van de stad rapporteerde. De ouders konden toen nog niet weten dat het met deze zoon aan het land een persoonlijkheid geschonken heeft die geschiedenis zou schrijven in het economische leven van het Groothertogdom. 160 jaar later schrijft de familieonderneming nog altijd aan deze geschiedenis, met ongebroken samenhang en een van generatie naar generatie doorgegeven ondernemingsgeest. Onder de burgerfamilies in Luxemburg, die de pionierstijd van de economie vormden, vormt dit succes een zelden geziene uitzondering.

1847 - Eerste verkoopwinkel van de familieonderneming
Toen Jean-Pierre Heintz op 25-jarige leeftijd, in juli 1847, in de Neutorstraße nr. 9, zijn eerste tabakmanifactuur met verkoopwinkel opende, betekende dit het begin van een succesverhaal. Begin van hetzelfde jaar huwde hij met de negentien jaar oude Joséphine Van Landewyck. Omdat Nederlandse tabak een uitstekende reputatie had, schrijft Jean-Pierre zijn naam en die van zijn vrouw op zijn firmaplaatje.

1859 - Eerste stoommachine van de lux. Tabakindustrie
De onderneming van Jean-Pierre Heintz heeft succes. Hij koopt naast een onroerend goed in de "Großgasse" ook een uitgestrekt bouwterrein op de huidige Limpertsberg. Verder huurt Heintz de binnengebouwen van het "Fort Berlaimont", aan de huidige "Boulevard Royal" gelegen. Daar bouwt hij in 1870 de eerste stoommachine (2 PS!) van de Luxemburgse tabakindustrie.
1881 - Opmars onder Joseph Heintz
Joseph Heintz, zoon van Jean-Pierre Heintz, neemt de tabakfabriek van zijn vader in de Bäderstraße over, die onder zijn leiding een aanzienlijke opmars beleeft. In 1848 geboren is hij reeds op jonge leeftijd van 22 jaar betrokken bij de onderneming. De onderneming, die zich snel aan de top van de indertijd ongeveer twintig Luxemburgse tabakmanufacturen vestigt, bouwt de productie van sigaren en pijptabak uit.
Hij beschikt op dat ogenblik over drie tabakfabrieken in Luxemburg: in de Bäderstraße, aan de Boulevard Royal en in der Beckstraße. Het milieu wordt hét probleem voor de tabakfabrikant. Onverdraaglijk lawaai van de machines, ongezonde geur en de schadelijke dampen vormen een groot probleem voor de bewoners. Hij heeft echter een probleem dat vandaag bij de tijdsgeest hoort: het milieu.

1887 - Opmars van de machines
Het machinale werk is aan een opmars bezig en begint het handwerk in fabrieken te vervangen. In 1887 koopt Joseph Heintz een industriegebouw in Hollerich en plant de inrichting van een moderne fabriek.

1892 - Joseph heintz neemt de leiding op zich
Jean-Pierre Heintz overlijdt op 30 oktober 1892 en laat de leiding van de firma aan zijn zoon over, de firma heet nu „Joseph Heintz van Landewyck“. Heintz wil de productie op een plaats samenbrengen en verkoopt het terrein op de Limpertsberg. Door 250 medewerkers worden nu in de vestiging Hollerich wekelijks 90.000 tot 100.000 sigaren, 2.000 kg rooktabak van eender welke aard en ook reeds sigaren in kleinere hoeveelheden gemaakt.
1894 - Nationale en internationale vraag stijgt
De nationale en internationale vraag van het tabakverbruik stijgt, zodat in 1894 een nieuwe tabakfabriek voor de productie van sigaren in Fels (bij Luxemburg Stad) ontstaat. Het industriële tijdperk heeft nu ook bij Heintz van Landewyck zijn intrede gedaan.
1897 - Nieuwe fabriek in Hollerich
50 jaar na de oprichting van de firma huldigt Joseph Heintz in Hollerich de nieuwe tabakswarenfabriek in. Met 250 medewerkers worden wekelijks 100.000 - 300.000 sigaren gemaakt

1905 - Eerste halfautomatische sigarettenmachine
Victor Heintz installeert de eerste halfautomatische sigarettenmachine in Hollerich. Daarbij moet ervan uitgegaan worden dat hij niet alleen de beslissing nam voor deze fundamentele nieuwigheid. De collegiale samenwerking binnen de familie is de "stijl" van het huis geworden. Een werkwijze die in de toekomst zijn waarde zou bewijzen.

1911 - Oprichting van een kapitaalvennootschap
Joseph Heintz verandert zijn onderneming in een kapitaalvennootschap. Het samenhorigheidsgevoel van de familie wordt verstrekt, omdat alle aandelen van familieleden afkomstig zijn.
1912 - Victor heintz neemt landewyck over
Na het overlijden van Joseph Heintz op 2 oktober 1912 neemt zoon Victor de onderneming over een gaat hij verder met traditie en modernisering in alle segmenten.
Maar Joseph Heintz laat duidelijk leemten achter als grote industrieel met vooruitziende blik, als „pater familias“ en als sociaal denkende en handelende mens. Hij zette zich met zijn armenkeuken in de Bäderstraße voor de noodlijdenden in.

1920 - Oprichting van de economische unie
Na de 1ste Wereldoorlog gaat het de firma economisch gezien niet goed. Het einde van de Douane-unie, waardoor de afzetmarkten van Luxemburg begunstigd waren, leidde tot de oprichting van de Economische Unie met België, nadat een gepland samengaan met Frankrijk door diens staalbarons verhinderd werd.

1925 - Oprichting van de tweede vestiging in trier
Om de traditionele afzetmarkten te redden wordt de blik nu op Duitsland gericht. In Trier wordt een tweede vestiging opgericht: de aanwezigheid van soldaten moet een doorslaggevend moment geweest zijn, want soldaten waren grote sigarettenkopers.
De leiding in Trier wordt overgenomen door Gilles Schaak die van de onderneming de tweede grootste producent van rooktabak van Duitsland maakt. In 1920 wordt in Fels, Luxemburg, de sigarenproductie gestaakt, omdat de sigaret nu in de focus staat.

1931 - Aloyse Meyer neemt de bedrijfsleiding op zich
Op 9 december 1931 overlijdt Victor Heintz na een bewogen leven. Maar als vooruitziende mens heeft hij zijn opvolging reeds vroeg geregeld. In de persoon van Aloyse Meyer, die op dat ogenblik reeds een boegbeeld van de staalindustrie is, heeft hij een uitstekende bedrijfsleider, die bovendien met Eugénie Heintz gehuwd is. Aloyse Meyer wordt benoemd tot Voorzitter van de Raad van Bestuur van Landewyck. De directie van de manufactuur wordt aan Gustave Koener toegewezen, die zijn vaardigheden reeds samen met Aloyse Meyer bij ARBED bewezen heeft.

1934 - Leiding door Koener en Meyer
Robert Meyer, zoon van Aloyse Meyer en kleinkind van Victor Heintz, wordt als jonge ingenieur lid van de familieonderneming. Vanaf 1939 neemt hij de leiding aan de zijde van Gustave Koener op zich.

1937 - Nieuw fabrieksgebouwd in hollerich
Opening van een nieuw fabrieksgebouw in Hollerich, Luxemburg

1939 - Overname van Fixmer
Gustave Koener neemt na het overlijden van zijn langjarige vriend Charles Fixmer diens rook- en snuiftabakfirma „Fixmer“ in Ettelbrück over. Zo ontstaat de eerste Heintz van Landewyck– dochter.
De rooktabakproductie van Landewyck en Fixmer is indertijd geconcentreerd in Ettelbrück en de sigarettenproductie wordt naar Hollerich verplaatst.
Hetzelfde jaar wordt Landewyck omgezet naar een GmbH (vennootschap met beperkte aansprakelijkheid) met een kapitaal van 9 miljoen Luxemburgse Frank.

1942 - Landewyck tijdens de nazieperiode
Luxemburg lijdt onder de Naziterreur en Robert Meyer, die "geen garantie biedt", wordt uit zijn leidinggevende positie ontslagen, die hij pas na de bevrijding in 1944 opnieuw kan bekleden.
1944 - Nieuw merk Maryland
Omdat in de naoorlogse jaren de export opgekrikt moet worden en het tot leveringsproblemen van de ruwe tabaksoorten van oude succesgaranties zoals de „Africaine“-sigaret komt, focust Landewyck zich op een nieuw merk: „Maryland“. De sigaret wordt een groot succes en krijgt in Luxemburg het imago van de sigaret voor „iedereen“.

1946 - Landewyck op de nederlandse markt
België opent zijn grenzen en voert in 1946 reeds 311 miljoen Landewyck sigaretten in. Landewyck verovert een aanzienlijk marktaandeel op de Nederlandse markt.
1950 - Nieuw merk Lexington
Door het succes in Nederland wordt een nieuw merk „Lexington“ ingevoerd. Vijf jaar later worden een miljard sigaretten per jaar verkocht. Uit het tijdperk „Africaine“ werd het tijdperk „Maryland“ en de opvolging begint nu met „Lexington“.

1952 - Robert meyer enige directeur
Na het overlijden van Aloyse Meyer, een internationale economische reus, neemt zijn vrouw de directie in de Raad van Bestuur op zich. Ze is de oudste dochter van Joseph Heintz. Hetzelfde jaar gaat Gustave Koener met pensioen en draagt de exclusieve directie aan Robert Meyer over – maar die krijgt de steun in de fabricatie van Theo Jung, een langjarige medewerker bij Landewyck.
1957 - 110ste verjaardag
Jubileum bij Landewyck: 110ste verjaardag! Tien jaar eerder, in 1947, was er weinig reden tot vieren zodat men aan het eeuwfeest verzaakte. Paul Weber, Directeur van de Handelskamer in Luxemburg, schrijft in de feestbundel:
... "De tabakindustrie is een van de zeer weinige industrietakken in Luxemburg die meer dan honderd jaar kon standhouden en die de goede naam van Luxemburg in de wereld droeg".

1961 - Kent begint zijn loopbaan
De "Lexington"-productie bereikt een recordniveau van 2,7 miljard units, bij een totaal volume van 3,3 miljard Landewyck-sigaretten.
Het volgende jaar vindt een steile daling plaats tot 1,7 miljard van dezelfde sigaret. Een nieuw tijdperk van de „Lorillard“ sigaret breekt aan. Het sinds 1958 in licentie geproduceerde sigarettenmerk "Kent" begint zijn loopbaan bij Landewyck.

1963 - Commercialisering van Kent
P. Lorillard S.à r.l. wordt als "joint venture" in Ettelbrück opgericht en houdt zich bezig met de commercialisering en de latere productie van de merken „Kent“ en „Newport“. Directeur wordt J.P. Thill. Onder zijn leiding wordt ook een nieuwe fabriek in Ettelbrück gebouwd. 95% van de ganse productie zijn voor de export, in het bijzonder naar Nederland, België, Frankrijk en Italië bestemd.

1967 - De filtersigaret rukt op
Door de wereldwijde marktsuccessen van de filtersigaret voert Landewyck de "Maryland Filter" in Luxemburg in. Deze overvleugelt reeds in 1970 de tot dan leidinggevende "Maryland" zonder filter.

1968 - De productie van rooktabak wordt verplaatst
De productie van rooktabak wordt bij Fixmer in Ettelbrück gestopt en in het begin naar Hollerich, daarna naar Trier verplaatst.

1969 - Ducal wordt ingevoerd
Met de verscherping van de prijsoorlog schakelt de markt naar de verpakking met 25 sigaretten in King Size formaat om. Landewyck volgt de trend met het merk "Ducal", dat in 1969 met veel succes ingevoerd wordt. De verpakking van 25 stuks ontwikkelt zich meer en meer tot marktleider.

1970 - De lorillard neemt een hoge vlucht
Een sterk afnemende ontwikkeling van de verkoop van Lexington-sigaretten, vanaf 1962, verlaagt de productiecijfers van Landewyck Luxemburg tot een minimum. De hoogtevlucht van Lorillard houdt aan. In 1971 worden 1,1 miljard sigaretten geproduceerd. De Lexington-verkoop daalt tot 300 000 miljoen stuks. Zo stort deze markt voor Landewyck in en concentreert men zich meer op de Duitse markt. Brinkmann stap in bij Landewyck en beschikt over 25,01% van het maatschappelijke kapitaal van de traditierijke familievennootschap.

1971 - Ondertekening van een loonproductiecontract
Landewyck ondertekent een langdurig loonproductiecontract met een Nederlandse sigarettengroep van wereldwijd belang. Hierdoor stijgen de productiecijfers 30 procent.
1972 - Uitbreiding van de grenszone „duitse grens“
Het 125ste jaar van de onderneming sinds de oprichting. Op dit ogenblik stelt Landewyck 300 personen te werk die 2,5 miljard sigaretten produceren.
In 1972 begint ook de invulling van een hiaat in de markt, die onder de naam "Duitse grens" in de geschiedenis van de onderneming opgenomen wordt. Het gaat daarbij om de "uitbreiding" van de grenszone van de Mozel, die Landewyck en andere sigarettenfabrikanten door de aanzienlijk hogere fiscale belastingen in de Bondsrepubliek voordelen verschaft.
1974 - Succes van kent ook in europa
Na het succes van het merk "Kent" in de USA wordt deze sigaret ook in Europa een succesverhaal, en dit vooral in de Benelux landen. De toename van de vraag brengt een uitbreiding van de fabriek in Ettelbrück met zich mee. Tien jaar na de oprichting van de fabriek werken in Ettelbrück meer dan honderd medewerkers. De jaarproductie stijgt tot 1,5 miljoen sigaretten.

1977 - Fixmer in luxemburg-strassen
Fixmer wordt verplaatst naar een groot magazijn in Luxemburg-Strassen. Dit is het begin van een dynamische ontwikkeling in het tabak- en andere groothandelssegment.
1978 - Productie van harde verpakkingen
De hoogtevlucht van de "Kent" sigaret is voorbij. De US-partner verkoopt het merk aan het grote Britse concern BAT (British American Tobacco). Het einde van P. Lorillard s.à r.l. wordt op 30 juni 1978 officieel gemaakt. Door een licentiecontract kan Landewyck de productie en verkoop van de “Kent“- sigaretten verder zetten. Landewyck concentreert zich op de productie van harde verpakkingen „crush proof“, die de zachte verpakkingen moeten aflossen.
1980 - Ducal als trekpaard
Het merk "Ducal" is het voornaamste element van de Landewyck-productie geworden. Landewyck produceert jaarlijks 3,5 miljard sigaretten bij in totaal 500 medewerkers, die voornamelijk in de Benelux landen verkocht worden.
1981 - Fabricatie van een eigen verpakkingsmachine
De eerste verpakkingsmachine „made by Landewyck“ wordt gefabriceerd en heeft een eigen „engineering“-afdeling nodig. In 1996 ontstaat daaruit "IMATEC" in Ettelbrück, gespecialiseerd in de fabricatie van onderdelen en het onderhoud van machines.
1982 - Sigarettenproductie in hollerich
De fabriek in Trier stopt met de sigarettenproductie. Voortaan wordt de ganse productie in Luxemburg-Hollerich geconcentreerd. Rooktabak en fijn gesneden tabak worden nog altijd uitsluitend in Trier geproduceerd. De drastische toename van de verkoopprijzen van sigaretten in de Bondsrepubliek Duitsland, veroorzaakt door een sterk verhoogde belasting op tabak, brengt de grote Duitse handelsfirma's ertoe sigaretten met lage prijzen als eigen handelsmerken in te voeren. Landewyck verzekert zich een aanzienlijk productieaandeel. In 1983 worden 4,6 miljard geproduceerd.
"Ducal" wordt op de Franse markt ingevoerd. Maar Landewyck slaagt er vooral in met dit merk een duurzame doorbraak in Duitsland te verwezenlijken, ook dankzij de 24-sigaretten-automaat-verpakking (de concurrentie biedt in de regel verpakkingen van 22 stuks aan).

1985 - Fusie fixmer-cdt
Fixmer, Ettelbrück, sinds 1977 leverancier voor de groothandel, fusioneert met de "Comptoir des Tabacs" in Strassen onder de nieuwe benaming "Fixmer-CdT".
1987 - Export naar china
Landewyck heeft in de tussentijd het merk "First" gekocht. Een eerste levering naar de Volksrepubliek China gebeurt in 1987, een voor de internationale zaken overigens zeer gunstig jaar.

1989 - Nieuwe bereidingsinstallatie
In Luxemburg wordt een nieuwe bereidingsinstallatie gebouwd omdat de oude installaties het productieritme niet meer kunnen volgen.
1992 - Productie van 5,3 miljard sigaretten
In 1992 zijn er reeds 5,3 miljard sigaretten die per jaar bij Landewyck geproduceerd worden. Markten buiten Europa vertonen grote successen, zoals de „Bentley“ sigaret in Zuid-Oost Azië en de „Ducal“ in West-Afrika. Op de Duitse markt duikt een nieuw product op, de "Rolls" (ook "Quickies" genoemd). De shag wordt fiscaal als fijn gesneden tabak behandeld. Voor Landewyck betekent dit het begin van de "Lexington-Rolls". De invoering van dit nieuwe product illustreert de strijd van de sigarettenfabrikanten tegen sterke fiscale belasting. De staat is nog altijd tegen goedkope sigaretten omdat deze zijn fiscale inkomsten reduceren.
1993 - Meerderheidsparticipatie in rona
Het partnerschap met een Hongaarse tabakfabrikant wordt werkelijkheid. Per 1 oktober 1993 neemt Landewyck een meerderheidsparticipatie in Rona. De „Ducal“ sigaret leidt zware verliezen omdat de concurrentie nu ook verpakkingen van 25 stuks maakt.

1994 - Positieve balans
Vanaf nu wordt het begrip „Landewyck" duidelijker: de centrale Heintz van Landewyck in Luxemburg, de firma Fixmer in Strassen, Heintz van Landewyck in Trier en Rona in Debrecen vormen de groep. De financiële resultaten van de verbonden ondernemingen worden beter en hebben een positieve invloed op de geconsolideerde balans.

1995 - Rona toekomstgeoriënteerd
De firma Rona in Hongarije opent een toekomstgeoriënteerde verkoop- en promotieafdeling in Boedapest.

1996 - Trier wordt een zelfstandige vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Filiaal in Trier wordt een zelfstandige vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Vandaag produceert de fabriek in Trier, die gespecialiseerd is in rooktabak, ongeveer 100 ton rooktabak per maand in de Bondsrepubliek Duitsland. Daarnaast bestaat er een intensieve activiteit op het gebied van de commercialisering van sigaretten, vooral van het merk "Ducal", wiens verkoop in Duitsland bijna een miljard eenheden bereikt. De firma "IMATEC" – Innovative Machine Technology“ is afkomstig uit de engineering afdeling. De sigarettenproductie van Landewyck bereikt in 1996 het record volume van 5,7 miljard eenheden. 13% daarvan worden op de binnenlandse markt verkocht (tegenover 19% in 1986), 62% op de andere markten van de EU (80% tien jaar eerder). De afzet in de verre export stijgt echter van 12% tot 25% in de vergelijkende periode. Deze ontwikkelt illustreert de constante internationalisering van de Groep tijdens de laatste twintig jaar. In 1996 stelt de Groep ongeveer 620 medewerkers gemiddeld per jaar te werk, waarvan ongeveer 430 in het Groothertogdom Luxemburg.

1998 - Nieuw merk ELIXYR
In 1998 wordt de ELIXYR sigaret ingevoerd, die jaarlijks uitstekende groeipercentages boekt.

2003 - organisatie door landewyck group s.à.r.l.
2003 is het jaar van belangrijke herstructureringen. De organisatie wordt nu geleid door de Landewyck Group S.à r.l.. Zij definieert de strategie van de Groep en coördineert de organisatie van nieuwe zakenmogelijkheden.

2007 - Fusie torrekens tobacco belgium
Door de fusie van Heintz van Landewyck Belgium en Torrekens Tabaksindustrie ontstaat TORREKENS TOBACCO BELGIUM. De nieuwe onderneming is aanwezig op de sigaretten- en tabaksmarkt en verkoopt alles wat met tabak te maken heeft.
